In de jazzrock van Orions Belte sijpelen invloeden door uit allerlei windstreken: Duitse krautrock, Nigeriaanse afrojazz, Jamaïcaanse dub en Hawaïaanse steelgitaar. Hoewel de songs qua stijl verschillen, is er één gemene deler: in alle nummers speelt de gitaar de hoofdrol.
‘Joe Frazier’ is een fraaie portie slowfunk, gebaseerd op (jawel) een prominente gitaarlick. En bovendien één van de weinige nummers waarin wordt gezongen, zij het spaarzaam. Aan het einde van het nummer worden zelfs nog wat dub registers opengetrokken. Ook de funkblues van ‘Picturephone Blues’ is geslaagd. Het doorrockende ‘Atlantic Surfing’ is de krautrocktrack van de plaat, met een scheurende gitaar en gortdroge drumpartijen.
Minpunten van het album zijn de openingstrack ‘New Years Eve # 2’ en de afsluitende track ‘Alnitak’. Met hun atonale gitaarpartijen zijn deze tracks niet per se een genot voor het oor.
Per saldo levert Orions Belte met Mint geen bijster spannende plaat af. Hoewel enkele tracks de moeite waard zijn, laat het album als geheel toch een wat vlakke indruk achter. In de funky nummers en op de krautrocktrack is Orions Belte op zijn best. Maar dat levert een magere score op van drie uit negen. En dat is veel te weinig.
Als Orions Belte voor het volgende album begint met het skippen van de zwakke broeders en zich gaat focussen op haar sterke kanten (funk, kraut), dan gaat album nummer twee een stuk beter uitpakken.
Frank Demian - Till The Oceans FloodEen folk en country sound met zelfs een vleugje bluegrass. Je verwacht het...
Nathan Bell - Er Gwaetha Pawb A Phopeth Nathan Bell is een singer-songwriter zo klassiek als je ze maar krijgt....