Na Sanctuary van voor tot achter volledig gehoord te hebben, kan geconcludeerd worden dat de Britten veelzijdig, uiteenlopend en toch ook zeer eigen en karakteristiek klinken. Gengahr laat Britpop horen met lijntjes naar de jaren ’90, maar dan wel vanuit 2020. Opener van dit album, ‘Everything and More’ zorgt er direct voor dat de lat hoog gelegd wordt. Als dit het standaard wordt op Sanctuary, dan is dat veelbelovend. De vocalen van zanger Felix Bushe zijn hoog, maar worden niet omver geblazen door de zwaar aanwezige gitaar. De song klinkt vol en bombastisch, maar dit toch zonder overdaad. De mannen hebben er zeker goed aan gedaan om deze track als single uit te brengen, nog voordat Sanctuary gereleased was.
Qua balans in het instrumentale aspect van dit album weet de band steeds weer veel variatie aan te brengen. Hierdoor ademt ieder nummer een andere sfeer, heeft iedere track een eigen energie, en is Sanctuary een kleurrijke plaat geworden met hier en daar een licht melancholische ondertoon, zoals goed te horen is op ‘Never A Low’. De verscheidenheid van dit album zit hem dan ook vooral in het wisselen tussen de instrumenten die de hoofdrol spelen. Wanneer een catchy baslijn het hoogste instrumentale woord voert op ‘Heavenly Maybe’, klinkt Gengahr funky en dansbaar. Maar ook wanneer de band instrumentaal wordt uitgekleed tot het minimum, weten de mannen een prima sound neer te zetten. ‘Moonlight’ is hier het bewijs van, de enige ballad die op Sanctuary te horen is. Uiteindelijk is het deze variatie die dit album naar een hoger niveau tilt. De Britten passen weliswaar in het hokje ‘indierock’, maar laten met Sanctuary zeer zeker de breedte van dit genre horen. Al met al een plaat die nergens ook maar enigszins indut of saai wordt. Sanctuary is een album zonder dipjes, een album dat prikkelt.
The Guru Guru - Point FingersWie The Guru Guru ooit live heeft gezien weet het. Denk muzikaal aan At The...
Schëppe Siwen - Wat Bleift De bijdrage van Luxemburg aan de popgeschiedenis blijft grotendeels beperkt...