Zij schrijft, componeert en zingt haar eigen songs, met eenvoudige begeleiding op akoestische gitaar. Haar zang zit tussen bedroefd en klagelijk. Het gros van de teksten wordt ingetogen en aan de lage kant van haar bereik gezongen. Als ze hoger zingt of op volume komt, hoor je pas dat zij eigenlijk best een mooie stem heeft. Helaas is die zang op een nummer als ‘Hurt A Fly’ vervormd met een typisch jaren negentig effect. Die atmosfeer wordt verder versterkt door het indierockgitaargeluid. Op ‘Big Beast’ gaat dat nog een stap verder als in de refreinen The Jesus and Mary Chain de gitaarondersteuning lijkt te leveren. Deze nummers vallen nogal uit de toon bij de rest van dit album, dat een meer bescheiden folk singer-songwriter karakter heeft.
Squirrel Flower struikelt met Planet (i) over de moeilijke opgave van het tweede album. Het voelt door de inbreng van de indierockelementen onevenwichtig. Maar bezwarender is nog dat het muzikaal zo vreselijk saai is, dat dit je weerhoudt om het vaker te draaien. En daardoor komen de fraaie teksten niet tot zijn recht. Op ‘Iowa 146’ vraagt zij zich af: ”If I play you guitar, will everything fall away?”. Helaas niet. Na het redelijk ontvangen debuut I Was Born Swimming [2020], lijkt het erop dat deze zangeres zich verder niet gaat onderscheiden van de middelmaat. De monochrome hoes geeft daardoor aardig weer wat je er van kan verwachten.
Eva van Manen - De Diepte InOp het intrigerende Politiek & Liefde [2018] leerden wij Eva van Manen...
Mac McCaughan - The Sound Of Yourself Mac McCaughan is de frontman van Superchunk en Portastatic, bands waarmee...