Op hun vijfde volwaardige album Heptad staan de culturen die verbonden zijn met de oude zijderoute centraal. De band wil hier een boodschap van vooroordelen en onderlinge intolerantie jegens deze culturen in zowel muziek als gedichten overbrengen. Bassist Christian Marr zorgt voor de teksten en Ruben Monteiro voor de composities. De band speelt met de - voor de verschillende volksstammen - kenmerkende instrumenten. Denk aan de Afghaanse rubab (snaarinstrument), de Arabische oud (luit) en de Turkse ney (fluit).
Het album opent in stijl met ‘Ghazal’, een van oudsher Arabisch gedicht, waarmee zowel rouw als liefde werd uitgedrukt. De zijderoute zorgde ervoor dat deze unieke dichtvorm zich sinds de zevende eeuw heeft verspreid naar zowel het zuiden van Azië en India als Turkije. Het nummer gaat moeiteloos over in ‘Athinganoi’, waarbij een negende-eeuwse christelijke sekte van monarchieën in Phrygië en Lycaonië wordt aangehaald. Deze sekte van “onaanraakbaren" (zij weigerden elke vorm van fysiek contact met vreemden) en hun cultuur is inmiddels verloren gegaan.
Het folk-begin van het album wordt op ‘Palimpsestus’ (een hergebruikt stuk perkament) losgelaten. Hier is het vooral de viool van Raquel Monteiro en het slagwerk van Tiago Santos die de boventoon voeren. De elektrische gitaar en gesproken tekst, die na ruim vijf minuten hun intrede doen, roepen een sfeer op die doet denken aan de muziek van Tool. ‘Nawbah’ zet de ingeslagen richting van progrock voort. Het nummer voldoet aan de eisen van de traditionele nawbah, zoals die volgens de Noord-Afrikaanse tradities behoort te worden uitgevoerd: een geïmproviseerde inleiding (matla) gevolgd door acht muzikale secties (simit en ghusn) die in zowel ritme als lengte variëren. De dichtvorm is uiteraard gebaseerd op de ghazal.
Het is passend dat de muzikale bedevaart eindigt in ‘Samarquand’, de oase stad gelegen in het huidige Oezbekistan. Welvarend geworden door de zijderoute, heeft de stad door de eeuwen heen zowel te maken gehad met verschillende geloven (christelijk, islamitisch, jodendom) als overheersers (waaronder Alexander de Grote en Dzjengis Khan) om de culturele smeltkroes te zijn. Wat heerlijk toch dat een zestal professionele muzikanten hun huiswerk hebben gedaan om ons hun versie op de epische zijderoute te laten horen? Zo veelzijdig en vol passie is een geschiedenisles maar zelden.
Queen's Pleasure - Words To Live By, Suits To Die In.De plaat met de catchy naam Words To Live By, Suits To Die In begint...
Amparanoia - Himnopsis Colectiva Hoewel de naam Amparanoia je misschien niet zo veel zegt, is het een band...