Kenmerk van sleazy rockbands is dat ze zich vaak zelfverklaarde outlaws voelen en dat maakt Rebel’s End duidelijk in ‘Outlaw’, waarin zij zichzelf ”fucking outlaws” noemen. Dit soort spierballengebral komt bij bands uit onze contreien op de een af ander manier altijd wat potsierlijk over, want het vermoeden bestaat dat Jeff, Dol, Stijn en Rutger ‘s avonds gezellig bij moeder de vrouw, met een colaatje, op de bank zitten.
Rebel’s End heeft overigens maar iets van 38 minuten nodig om haar punt te maken. Wat in het voordeel spreekt van Rebel’s End, is dat er geen vernederende teksten over vrouwen, en wat je daar allemaal niet mee kunt aanvangen, op het album staan. Ook drugs en drank worden aardig vermeden, allemaal ten faveure van wat meer teksten over de duivel, geloof en mythen, ongeveer waar veel heavy metalbands over schrijven.
De basis van de muziek is de strakke ritmetandem van Dol (drums) – snap je hem? – en Stijn op Bas. Zij kledderen elk gaatje dicht dat Rutger (gitaar) en Jeff (zang en gitaar) laten vallen. Daarnaast zorgen ook de vele meebrulkoortjes voor de nodige opvulling.
Tja en zo zitten we na deze elf snelle punky sleazerocktracks nog na te stuiteren. Het dreuteltje aan het eind met de titel ‘Chernyy Voron’ vergeten we voor het gemak maar even. Sing To The Devil is nergens echt onderscheidend en biedt veel van hetzelfde recept, maar biedt wel muziek die het live en vooral op de festivals (wat was dat ook alweer) goed zal gaan doen.
Manora - Brave The StormWe zijn in Nederland weer een prima symfonische metalband rijker en wel...
Teitan - Vákuum Teitan is een project van Devi Hisgen, de zanger van Cthuluminati, een band...