Het is deze liefhebber van het Napolitaanse lied op het lijf geschreven. Het was de muziek van Sergio Bruni die hem gedurende zijn gehele jeugd begeleidde tijdens de vreugdevolle momenten, maar hem ook troost kon bieden als dat nodig was. Bruni wist alle lagen van de bevolking te raken en wordt nog altijd gezien als de historische stem van het Napolitaanse lied, de lieveling van de stad en zo ongeveer de beste zanger van de vorige eeuw, wanneer je het de niet geheel objectieve mening van de Napolitaanse gemeenschap zou vragen.
Raiz heeft altijd de muziek van Bruni gezongen “maar eigenlijk heeft hij altijd in mij gezongen”, zo zou hij later verklaren toen hem werd gevraagd hoe diep de liefde voor deze muziek in zijn hart zat. Hoog tijd dus voor een eerbetoon en daarom is er nu Si ll’ammore e’’o ccuntrario d’ ‘a morte uitgebracht onder de naam Raiz canta Sergio Bruni dat hij heeft opgedragen aan zijn overleden moeder Anna Esposito, maar daarnaast beschouwt als een bedankje aan de stad waar hij is opgegroeid. Ook noemt hij hierbij de naam van zijn dochter Lea, aan wie hij hoopt de betekenis van deze muziek te kunnen overbrengen. Het is daarmee een enigszins gevoelig gebeuren geworden, want de emoties die werden opgeroepen bij het opnemen van de tien composities waren hevig. Zelfs wanneer je geen woord Italiaans begrijpt is de intensiteit voelbaar. De begeleiding die voornamelijk akoestisch is maakt het gevoelig en intiem. Klassieke gitaar, contrabas, harmonica en cajon en andere handbespeelde percussie begeleiden de gerijpte stem van Raiz die de verhalen van Bruni zingt maar ook vertelt.
De verhalen zijn nu, zoveel jaren later prachtig geconserveerd, bewerkt en uitgevoerd. Over de tegenstrijdigheden van de stad en over de vooroordelen de er bestaan over Napoli, waar weliswaar veel problemen zijn, maar waar de liefde voor het leven altijd overheerst. In het gevoelige ‘Carmela’ wordt de stad vergeleken met een mooie jonge vrouw die bescherming nodig heeft. Ook is er aandacht voor de samenwerking van Bruni met stadsdichter Salvatore Palomba, die de liefde voor Napels op poëtische wijze beschreef en daarmee mooi contrasteerde met de directe benadering van de zanger. Zo klinken teksten als ”ik ben geïnfecteerd met het DNA van de stad” in een gedicht net wat meer verfijnd. Gevoel en harde, rauwe realiteit gaan in deze muziek zoveel jaren later nog altijd heel mooi hand in hand.
Julien Pontvianne/Abhra - Seven Poems On WaterNadat de Fransman Julien Pontvianne (tenor saxofoon, klarinet) in 2014 een...
Retimbrar - Levantar Do Chäo Als ondergetekende iedereen die meegewerkt heeft aan het album Levantar do...