Zoals altijd met bands die vanuit de underground steeds populairder worden komen er ook steeds meer tegenstanders. In diverse fora wordt de band als misplaatst pretentieus bestempeld, terwijl de band tien jaar geleden nog als uniek en vernieuwend werd verwelkomd. Opeth is in mijn opinie nog steeds vernieuwend, maar is alleen razend populair geworden. Maar dat valt ze toch niet te verwijten?
De laatste jaren heeft Opeth een moeilijke tijd doorgemaakt met wat veranderingen in bezetting. Drummer Martin Lopez en Gitarist Peter Lindgren verlieten om verschillende redenen de band en werden vervangen door respectievelijk Martin Axenrot en Fredrik Akesson. Van de bezetting met wie het debuut werd opgenomen is nu alleen Mikael Akerfeldt nog over. Voor het geluid maakt het allemaal niet uit. Akerfeldt schrijft tenslotte het leeuwendeel, zingt en speelt gitaar.
De ingezette lijn van de briljante voorganger Ghost Reveries is doorgetrokken, maar het album is over de hele linie wat rustiger en de balans slaat meer door naar progrock. De contrasten tussen hard en zacht zijn nog wat groter geworden. Akerfeldt gebruikt zijn normale stem meer en zingt steeds beter. De inzet van toetsen (Per Wiberg) is verder uitgebouwd en wordt ondersteund door diverse andere instrumenten zoals hobo, cello en viool. De voorliefde van Akerfeldt voor psychedelica, folk, prog en jazz uit de jaren zeventig krijgt een steeds prominentere rol toebedeeld.
Er wordt verrassend geopend met het folkachtige ‘Coil’, met daarin een opvallende bijdrage van gastzangeres Nathalie Lorichs. Wat daarna volgt is: ‘Heir Apparent’, een typisch Opeth nummer. Heftige deathmetal wordt afgewisseld met stukjes folk. In ‘The Lotus Eaters’ wordt weer enigszins teruggegrepen op de Still life periode en dit nummer valt ook op door een pianoriedeltje wat zo van een Zombies plaat zou kunnen komen. Akerfeldt spreidt zijn aparte humor nog eens ten toon door aan het einde van de ballad ‘Burden’ te eindigen met een expres ontstemde gitaar. Pink Floyd en Porcupine Tree klinken ook door in ‘Porcelain Heart’. Hoogtepunt vind ik het mooi opgebouwde ‘Hessian Peel’.
In het begin lijkt het hele album wat fragmentarisch, maar na een aantal luisterbeurten valt alles op zijn plaats. Dit is typisch een plaat die maar blijft groeien en elke draaibeurt beter wordt. Watershed bezorgt je een aangename luistertrip en is uiteindelijk gevaarlijk verslavend. Ik kan mij wel voorstellen dat liefhebbers van de harde kant van Opeth deze plaat minder kunnen waarderen, maar voor fans van moderne progrock is er veel te genieten. Dit album gaat de populariteit van Opeth nog wat verder uitbreiden. Dat is zeker. Probeer vooral de speciale editie te pakken te krijgen. Daar zit een dvd bij met het hele album in 5.1 surround aangevuld met drie fraaie bonustracks. Zeer de moeite waard.
Foo Fighters - Hyde Park Foo Fighters , de band rond vroegere Nirvana-drummer Dave Grohl, is...
Walter Trout - The Outsider Als ik ze goed geteld heb heeft de 57-jarige en in New Yersey geboren...