Het begint met een onvervalst Iers aandoend nummer dat doet terugdenken aan zijn eerste soloplaat, Golden Heart. Het hele album doet qua sfeer, instrumentarium en melodieën denken aan Knopflers solodebuut. Waar veel oude zangers naarmate de jaren verstrijken heser en doorleefder gaan klinken, gebeurt bij Knopfler het tegendeel. Zelfs in de bluessong ‘You Can’t Beat The House’ klinkt Knopfler vooral vriendelijk en is zijn zang soms bijna zoetgevooisd. Het gitaarspel is in de genoemde bluessong wel om van te smullen. Fenomenaal en alsof Knopfler nooit anders gedaan heeft dan bluesgitaar spelen.
Tekstueel is het wat minder geïnspireerd dan op Kill To Get Krimson. ”Before gas and tv, before people had cars, we’d sit around the fires and pass our guitars” uit ‘Before Gas & Tv’s’ hangt Knopfler wel erg de oude man uit die mijmert over dat vroeger alles beter was. Doordat de muziek weinig verrassingen bevat denk je meer dan eens bij een gitaarriedel of een melodie, dat je die al eens eerder van hem gehoord hebt. De instrumentale outro op de gedragen afsluiter ‘Piper To The End’ klinkt erg vertrouwd, zonder meteen te kunnen benoemen in welke eerdere song Knopfler een dergelijke riedel al eens gebruikte.
Elke solo cd van Knopfler bevat nog wel een track die doet terugdenken aan Dire Straits, op Get Lucky komt ‘Cleaning My Gun’ nog het meest in de buurt. Bij het overgrote merendeel van de songs zijn de Dire Staits echter heel ver weg. Knopfler maakt al weer jaren luisterpop de luxe, uiterst melancholisch, bijzonder sfeervol, een tikje oubollig, soms wat al te landerig, maar uiteindelijk toch genietbaar. Althans voor diegene die wel houden van kwaliteitspop zonder al te veel verrassingen.
Eerdere recensies van Mark Knopfler:
- 10-11-2007: Kill to get Crimson.
Bellini - The Precious Prize Of GravityNa vier jaar komt de Italiaans/Amerikaanse postrockband Bellini eindelijk...
Pearl Jam - Backspacer Ruim drie jaar na het titelloze album met de avocado op de voorkant, komt...