Psychedelische harde bluesrock aangevuld met een orgeltje, het concept lijkt eeuwenoud en roept meteen namen als The Doors en Deep Purple op. Toch horen we los van de Hammond ook flarden Led Zeppelin (bijna de logica zelf) en hier en daar zelfs een vleugje stonerrock (misschien omdat dit genre heel erg vaak uit het vaatje van de harde bluesrock tapt). Mensen die het wel gehad hebben met bands die muziekgenres herkauwen, moeten hier dan ook niet eens aan beginnen, hoewel Birth of Joy echter wel met verve kopieert.
Na losbandig geweld als ‘Know Where To Run’ en ‘Not Much Time To Lose’, maakt de plaat ook plaats voor kalmere tracks zoals ‘Backstabbers’ en ‘Magic’, waar zanger Kevin Stunnenberg ongegeneerd voor een imitatie van Jim Morrison gaat. Zuivere zang en baldadig geschreeuw wisselen elkaar af op een evenwichtige manier. Gitarist Bob Hogenelst maakt het plaatje compleet door op gepaste momenten prachtsolo’s uit zijn mouwen te schudden, terwijl de Hammond van Gertjan Gutman voor het ware flower power gevoel zorgt. Zo start ‘Code Red’ als een zweverige trip door de sixties, om nadien de song pas echt in gang te steken met een riff die geplukt lijkt uit de achtertuin van Jimmy Page.
De eeuwige discussie of muziek gewoon goed moet zijn of ook moet proberen vernieuwen om aanspraak te kunnen maken op lovende kritieken, kan enkel gevoed worden met dit album. Dit keer lijken de herkauwers toch op weg het pleit te winnen, want het rockt te hevig om de zuurpruimen en azijnpissers onbewogen te laten.
Get the Blessing - OC DCHet is het geluid van een landschap. Verlaten, oude fabrieken, waarvan de...
Ramón Valle - Flashes from Holland De Cubaanse jazzpianist en componist Ramon Valle woont al enkele jaren in...