Gelijk bij de eerste nummers valt op dat er vooral voor sfeer gekozen wordt. Dat hoor je in de arrangementen en ook aan de productie. Er worden hier en daar niet alledaagse instrumenten van stal gehaald, zoals bijvoorbeeld een fluit op het country-achtige ‘The Blue Door’ en de trompet op ‘Monsters’. Stone zingt bijna nonchalant en weinig melodieus, maar dat geeft de plaat wel een soort lome feeling die hij nodig heeft. Daar past de uitstraling van de beste man ook perfect bij: hoedje op, ongeschoren en een soort van hippie-achtig voorkomen.
De sound en de songs doen bij vlagen aan de jonge Bob Dylan denken. Hoofdinstrument is vrijwel overal de akoestische gitaar en de piano heeft een veel minder prominente rol dan bij het werk van en met zijn zus. Single ‘Bird On The Buffalo’ en het folky ‘Monsters’ behoren tot het beste wat Angus ooit maakte, maar helaas is niet elk nummer raak. Vooral het middengedeelte van het album kent een paar missers. Dan loert er algauw saaiheid om de hoek, zoals in het eentonige ‘Apprentice Of The Rocket Man’.
Het album is met zijn zestig minuten ook wat aan de lange kant. Had Stone de drie minste nummers eraf gelaten, dan was het album veel beter verteerbaar en consistenter van kwaliteit geweest. Door deze minpunten toch een half puntje aftrek. Toch spijtig voor een potentieel vier sterren album.
Various - Rub A Duck Presents: One Year The Best In Bass Rub A Duck is een vreemde Hollandse eend in de bijt. Het piepjonge label...
Amy Macdonald - Life In A Beautiful Light Amy Macdonald scoorde in 2007 een megahit met ‘This Is The Life’, dat...