Bruun heeft overigens wel wat hulp ingeroepen. Zo verricht de van Mayhem en Nidingr bekende Teloch wat hand en span diensten op gitaar en de eveneens van Nidingr afkomstige Øyvind Myrvoll verzorgt het drumwerk. Verder horen we nog wat gastmuzikanten die instrumenten als viool, horn en tuba bespelen. Zelfs Michael Amott van Arch Enemy doet nog wat op een akoestische gitaar.
Bij de productie van de plaat wordt Bruun bijgestaan door niemand minder dan Kristoffer Rygg, de grote man achter Ulver, en dat is hoorbaar. De muziek van Myrkur is duidelijk geïnspireerd door de Noorse band, al klinkt natuurlijk de zang wel heel anders, maar het is vooral de intelligente benadering die de vergelijking oproept.
Zolang Bruun het op een flinke blackmetal krijs houdt zijn de vergelijkingen met beenharde Noorse blackmetal nog wel in stand te houden, maar Bruun kan ook heel helder zingen, en dat is nou juist hetgeen wat de muziek zo afwisselend en spannend maakt. Bruun vervalt niet in het gebruikelijke gothic-gehijg of in folk clichés, maar weet een natuurlijke balans tussen de harde- en zachte stukken te creëren.
Openingsnummer ‘Skoge Skullen Do’ herbergt veel van wat Myrkur in huis heeft; heldere zang, spannende postmetal , brokken folkmetal en soundscapes met blazers. In de daarop volgende nummers haalt Bruun haar desolate krijs van stal en brengt in de meest vuige blackmetal stukken ook flink wat snelheid in de muziek. In die smerige blackmetal gedeelten horen direct de echo van de illustere jaren waarin de eerste lichting Noorse bands hoogtij vierden, en dan met name Ulver natuurlijk. Al die woestheid wordt geregeld afgewisseld met de rustige, soms bijna klassiek aandoende stukken. Daarnaast zijn ook wat korte soundscapes tussen de songs geplaatst waarin we wat gelaagde sacrale zang met toetsen, of in het geval van ‘Nordlys’ of ‘Byssan Lull’, zelfs alleen piano en zang horen. Dat daar tegenover uitermate woeste nummers als ‘Mordet’ en ‘Skadi’ tegenover staan verhoogt de feestvreugde alleen maar.
M is misschien wel te zware kost voor veel mensen, want de harde stukken zij een flink brok te hard voor de gemiddelde female fronted metal liefhebber en de zachte stukken zouden blackmetal-puristen wel eens tegen de borst kunnen stuiten. Wie niet in hokjes of grenzen denkt zou wel eens heel veel plezier aan dit bijzondere en uitermate onderhoudende album kunnen beleven.
Bertolf - First & ThenIn 2010 schreef ondergetekende zonder ervaring een proefrecensie naar...
A-HA - Cast In Steel a-ha is terug. Het is dertig jaar geleden dat de Noorse formatie hun debuut...